Het is een zonnige middag aan het einde van de herfst. Ik heb een afspraak met Arjen Hoekzema, getrouwd met Renze, vader van Stef en Roef, consultant en trainer bij LCG, en woonachtig in Nijmegen.

Staand op de pedalen fietsen we tegen de heuvel op. Dat valt nog niet mee op een OV-fiets met terugtraprem en zonder versnellingen. Voor ons fietst een jongen van een jaar of 10, die er overduidelijk ook moeite mee heeft. Het klinkt als een avontuurlijke mountainbiketocht door het bos, maar we bevinden ons op de keitjes van de Lange Hezelstraat in Nijmegen. Er is even geen ruimte om de jongen te passeren en het kost aandacht om het momentum vast te blijven houden. Als we stoppen krijgen we de pedalen niet meer rond en moeten we afstappen.

Je mag hier eigenlijk niet fietsen, maar ja dat negeren we voor nu maar even.

Kronenburgerpark

‘Toen je vroeg of je mij mocht interviewen en vertelde dat je dat bij voorkeur deed op een plek waar ik me thuis voel, wilde ik in eerste instantie gaan mountainbiken. Hoe langer ik erover nadacht, hoe meer ik me besefte dat de plek waar ik me echt mezelf voel eigenlijk gewoon deze stad is. Beter gezegd: een aantal specifieke plekken in deze stad.

Dat neemt niet weg dat ik me op de mountainbike en in de natuur wel heel fijn voel. Sowieso ben ik graag in de natuur en in beweging. Ik heb het nodig om met regelmaat alleen te zijn. Ik sla veel op, krijg veel prikkels mee en ben vaak druk in mijn hoofd. Maandag is de dag waarop ik niet werk en dan ben ik vaak in de natuur en in beweging.’

De dag waarop je niet werkt?

‘Ja, dat is voor mij iets anders dan vrij nemen van werk. Die maandag is echt van mij. Na een leuk en druk weekend heb ik een moment voor mezelf nodig. Het begon acht jaar geleden na de geboorte van onze zoon Stef. Ik vond dat ik het me kon veroorloven om tijd aan mezelf te besteden. Niet alleen voor mezelf, maar ook omdat ik daardoor een beter mens voor mijn omgeving ben. Het werd de maandag. Het is een extra weekenddag, maar dan alleen voor mij. Het is zo’n dag dat veel gesloten is en er weinig te doen is. Perfect. In het begin observeerde ik waar mijn aandacht naartoe ging. Helemaal niks doen, om vervolgens te ontdekken waar ik behoefte aan had. Wat ik al snel doorhad is dat ik niet stil kon zitten. Ik betrapte mezelf erop dat ik soms een krant ging halen en dan dacht: nu moet ik die lezen. Dan had ik opeens toch weer een verplichting voor mezelf gecreëerd. Toen ik dat los kon laten merkte ik dat het me eigenlijk gewoon om de beweging zelf ging. Dus op maandag ben ik nu vaak fysiek in beweging. Dan haal ik mijn racefiets of mountainbike uit de schuur en ben ik 2-3 uur aan het fietsen of neem ik de bus naar Groesbeek en wandel ik via een mooie route terug naar huis. Meestal ben ik het eerste halfuur nog heel druk in m’n hoofd, maar daarna wordt het rustig en is er ruimte voor wat zich aandient. Dan komt er opeens een antwoord op een vraag die ik al weken heb of een oplossing voor een probleem dat bij een van mijn klanten speelt. Soms denk ik: hoe kom ik hier nou weer op!’

Een aantal dagen voorafgaand aan onze afspraak krijg ik een vrolijk appje. ‘Als je op het station een OV-fiets pakt, wacht ik je op in ’t Kronenburgerpark. Bekend van ’t liedje…’. Als ik vraag of die fiets echt nodig is, aangezien het park dichtbij het station is, krijg ik de enthousiaste reactie: ‘zeker, we eindigen in het – in Nijmegen en omstreken – wereldberoemde café Jos.’

Wat maakt het Kronenburgerpark voor jou een plek waar je je thuis voelt?

‘Het is een bijzondere plek: een park met veel hoogteverschil, middenin de stad en dankzij het hekwerk is er een leuke en veilige speeltuin voor jong en oud. Tijdens de coronatijd kwamen we hier heel veel met de kinderen. Het idee dat het om de hoek is en ik hier zo naartoe kan fietsen, maakt het heel relaxt. De kinderen vermaken zich er goed en er zijn voldoende bankjes waar ik op kan plaatsnemen om na te denken. Inmiddels zijn onze kinderen de speeltuinleeftijd ontgroeid, maar we komen hier nog steeds graag. In de zomer is hier vaak een podium en worden er kleine festivals gehouden.’

In de corona lockdown was Arjen naast zijn beroep als consultant en trainer ook, zoals veel ouders, leerkracht. Een rol die hij niet altijd makkelijk vond, maar waarin zijn ervaring als trainer hem soms ook goed van pas kwam.

‘De tijd werd heel functioneel ingedeeld. Naast vader, was ik opeens ook meester van mijn oudste zoon én oppas van de jongste, die nog kleuter was. Renze en ik stemden elke dag met elkaar af wie wanneer welke rol had. Op de zolder werd gewerkt, beneden waren we met de kinderen. Zo wisselden we elkaar af. Vooral het switchen tussen die rollen was soms lastig. Wanneer ben je vader en wanneer ben je meester? Kun je switchen tussen die twee rollen of ben je het continu allebei? Soms was het improviseren. Door mijn ervaring als trainer heb ik een scherp oog voor wanneer de aandacht afdwaalt of de energie op is. Dan gaf ik thuisonderwijs aan mijn oudste zoon en besloot ik opeens een totaal andere leeraanpak te kiezen. Het waterpeil van de Waal was op dat moment heel hoog. Het werd een aardrijkskundeles en we gingen kijken wat dat betekende voor de omgeving en de natuur. Het werk serieus nemen, maar een speelse werkvorm kiezen. Een draaiboek hebben en je tegelijkertijd realiseren dat je daar ook van af kunt wijken als de situatie daarom vraagt. Iets wat ik in mijn werk ook vaak toepas.’

Het werk serieus nemen, maar een speelse werkvorm kiezen. Een draaiboek hebben en je tegelijkertijd realiseren dat je daar ook van af kunt wijken als de situatie daarom vraagt.

Voor iemand die veel opslaat en ook nog eens een afwisselende baan met de nodige omschakeltijd heeft, klinkt zo’n maandag niet voldoende. Zou je niet veel beter gaan op werk met een vaste weekstructuur?

‘Ik snap dat het bijna als een tegenstelling klinkt, toch is lang in dezelfde dynamiek zitten juist iets waar ik onrust van krijg. Een gedoseerde mix tussen trainen, advies geven en inhoudelijke zaken aanpakken, is wat voor mij het beste werkt. Daarnaast zorg ik er altijd voor dat ik zo opgeruimd mogelijk naar bed ga. Dat houdt in dat ik er de voorkeur aan geef om soms juist nog wel ’s avonds mijn laptop open te klappen en wat af te maken. Niet omdat ik het nodig vindt om ’s avonds te werken, maar omdat het onderwerp dan uit mijn hoofd is voordat ik ga slapen. Slapen is sowieso het beste medicijn tegen een vol hoofd.’

Na ons gesprek op het bankje in het Kronenburgerpark banen we ons, staand op onze pedalen, een weg door een van de winkelstraten van Nijmegen. Achter mijn linkerschouder hoor ik Arjen, die mij als een ware gids door de stad loodst, honderduit praten. Even daarvoor steekt hij de draak met het feit dat er in Nijmegen maar drie bekende Nederlanders wonen. Al gidsend mist hij dat, alsof het speciaal voor de gelegenheid in scene gezet is, een van die zeldzame BN’ers ons passeert.

Het is het soort praten van iemand met een opmerkzame blik. Het verbaast me dat hij het niet in de gaten heeft. Arjen is zo’n persoon die alles lijkt te zien en die graag wil weten hoe iets zit. Iemand bij wie je je direct op je gemak voelt, die de tijd neemt en zorgvuldig nadenkt over de betekenis van zijn woorden.

Eetcafé Camelot

We bereiken de Grote Markt en zetten onze fietsen naast elkaar op een plek die nog volop ruimte biedt aan andere tweewielers. Eetcafé Camelot blijkt onze volgende stop te zijn. Nog voordat we onze jassen uit hebben getrokken vervolgt Arjen zijn verhaal.

‘Ik kom hier al sinds 2001 met een groep studievrienden. In onze studententijd hebben we ‘Het koffiegenootschap’ opgericht. We kwamen hier in die tijd elke woensdagmiddag om 12.00 uur bij elkaar. Vooral voor de gezelligheid. Het was niet uitzonderlijk dat we de hele woensdagmiddag bleven hangen. We beseften ons echter dat het, met het op het einde lopen van onze studies, ook snel voorbij zou zijn met dit wekelijkse uitje. We doopten het Koffiegenootschap om tot Biergenootschap en spraken af dat we elkaar hier, in Camelot, elke eerste maandagavond van de maand zouden treffen. Inmiddels zijn we ruim 20 jaar verder en zien we elkaar nog steeds elke eerste, inmiddels, vrijdagavond van de maand. Het staat in niemands agenda en is geen verplichting, maar iedereen weet het. Zelfs onze gezinnen weten het. Sterker nog, het is soms mijn vrouw die me eraan herinnert dat ik de eerstkomende vrijdagavond waarschijnlijk niet thuis ben.’

Hoe zouden de vrienden van het genootschap je omschrijven?

‘Als een ontspannen persoon, iemand die waardeert wat hij heeft en iemand die veel dingen onthoudt. Ik kan bijvoorbeeld ergens diep in Zuid-Limburg opeens een leuk kroegje weten omdat ik er vroeger eens langsgereden ben. Wat ik zie onthoud ik. Ik vorm van veel dingen een beeld in mijn hoofd. Met lezen doe ik dat ook. Ik kan soms bijna letterlijk zien waar iets op een pagina stond. Zo leerde ik vroeger ook altijd mijn tentamens: ik keek letterlijk naar de tekst en kon het de volgende dag bijna reproduceren.’

Hoe wil je anderen inspireren?

‘Vooral met het niet te zwaar aan dingen tillen en ontspannen door het leven gaan. Het is goed om je eigen keuzes te maken, dat mag. Daar doe je een ander niet tekort mee. Ik vind het irritant als mensen proberen mijn agenda te bepalen. Ik wil graag een keuze kunnen maken op basis van alle beschikbare informatie.’

Er zijn situaties waarin je niet alle informatie hebt of krijgt. Hou je van verrassingen?

‘Uh…ja, soms. Ik heb graag de regie, wil zelf aan het stuur zitten en eigen keuzes maken. De uitdaging daarbij is om open te blijven staan voor het nieuwe. Dat heb ik ook in mijn, inmiddels ruim 10 jaar bij LCG, wel geleerd. Afgelopen jaar was mijn jubileum en zoals gebruikelijk werd dat groots gevierd. Kortom: ik wist dat er iets ging gebeuren, maar ik wist niet wat en ook niet wanneer. Ik ben er een moment druk mee geweest, maar toen wist ik: Ik zet de knop om en laat het gebeuren. Uiteindelijk was het een hele leuke dag! Samen met een aantal collega’s en een paar goede vrienden zijn we van Nijmegen naar Utrecht gefietst en hebben we een podcast gemaakt. Ik was de hoofdgast én het onderwerp. Iedereen was er: mijn collega’s, mijn vrienden en mijn gezin. Een bijzonder waardevolle dag.’

Arjen is op 1 juni 2012 de vierde consultant die bij LCG, toen nog Lean Consultancy Group, in dienst komt. In de ruim 10 jaren die volgen geeft hij talloze trainingen en begeleidt hij klanten op het gebied van verbindend leidinggeven en continu verbeteren. Door zijn kennis en expertise op deze gebieden krijgt hij vaak terug: ‘jij bent Lean’. Het zou flauw zijn om te zeggen dat deze opmerking gezien zijn postuur misschien niet geheel onterecht is, maar ondanks dat vermijdt hij die term liever.

‘Het is een label en doet niet altijd recht aan het gedachtengoed. Zelf spreek ik liever over ‘continu verbeteren’, hoewel dat ergens ook een wat versleten klank heeft. Verbeteren heeft iets technisch en klinkt alsof het nu slecht is. Bovendien bevat het ‘beet’ en dat klinkt pijnlijk. Dat is allemaal niet wat ik ermee bedoel. Het gaat voor mij om scherp zijn op dat wat je doet en regelmatig toetsen op welke punten het anders kan. Dat heeft te maken met zowel je eigen activiteiten als met je bewust blijven van de wereld om je heen. In werk, maar ook op persoonlijk gebied. Dat betekent dus ook dat je af en toe moet vertragen om te genieten van dat wat juist goed is. Hoe langer ik ermee bezig ben, erover spreek en mensen over opleid, hoe meer ik uitkom bij ‘continu leren’. Jezelf blijven ontwikkelen en verwonderen.’

Arjen haalt nog wat oude herinneringen op en vertelt over een aantal verbetertrajecten die hem zijn bijgebleven. Daarna is het tijd om verder te gaan met onze tour. We trekken onze jassen aan en lopen naar de uitgang van het café. Het personeel achter de bar zingt vrolijk mee met het volgende ABBA hitje dat uit de speakers komt en bij de deur vraagt een nieuwsgierige hond zich af waarom we nu alweer vertrekken. We pakken onze fietsen en Arjen maakt een opmerking die zijn verwonderende en ontspannen kijk onderstreept:

‘Mooi is dat he. Net was het hier nog leeg en nu blijken we een trend gezet te hebben. Doordat wij hier net als eerste onze fietsen neergezet hebben, is er hier een nieuwe parkeerplek ontstaan. Zo gaan die dingen.’

We laten de winkelstraat achter ons en fietsen door het Valkhofpark naar een hoger gelegen punt met uitzicht op de iconische Waalbrug.

‘Het is geen plek waar ik me in het bijzonder heel erg thuis voel, maar als je in Nijmegen bent, dan moet je deze plek gewoon even gezien hebben.’

Na een kort moment van stilte springen we weer op de fiets.
Net als ik denk dat we nu toch echt onderweg zijn naar ‘hét wereldberoemde biercafé van Nijmegen en omstreken’, slaan we rechtsaf.

‘Als je het hebt over plekken waar ik mezelf kan zijn en me thuis voel, dan kan ons huis niet ontbreken. Als student woonde ik ook in Nijmegen, één straat verderop. Ik weet nog dat Renze en ik dit huis kochten en ik voor het eerst naar de supermarkt om de hoek liep. Ik kreeg echt dat gevoel uit mijn studententijd weer terug. Het gevoel van thuis zijn. Ik voel me hier fijn en ik besef me steeds vaker hoeveel mazzel ik heb dat ik er nu ook met mijn gezin mag wonen en dat alles wat me dierbaar is, bijna letterlijk, om de hoek is.’

Na een rondleiding door het, zojuist volledig verbouwde huis, vervolgen we onze weg en doorkruisen we wandelend de wijk. We zetten koers richting Café Jos!

Biercafé Jos

‘Het is zo’n unieke locatie. Het is namelijk niet zomaar een café, maar een meesterschenkerij. Daar zijn er maar drie van in Nederland. En dat middenin een woonwijk. Mijn woonwijk!’

De drankkaart, of zoals dat bij Meesterschenkerij Café Jos heet: de gelagkaart, doet je duizelen. Arjen werpt kort een blik op de kaart, maar weet eigenlijk al wat hij wil.

‘Ik neem vaak de Rodenbach Grand Cru. Een biertje dat hetzelfde effect heeft als een zure mat, zo’n snoepje van vroeger. Je voelt het aan je kaken als je een slok neemt. Wil je proeven?’

‘Ik vind het echt een voorrecht dat ik hier af en toe mag zitten, dat ik hier in deze wijk woon en werk, naar dit soort plekken kan lopen en me hier thuis voel. Onze kinderen komen hier ook. Vaak zitten ze dan met hun appelsapje aan de bar. De laatste tien jaar heb ik de kunst ontwikkeld om stil te staan bij wat er is. Het hoeft niet altijd groter of meer. Het is een voorrecht dat we een fijn huis hebben, onze rekeningen kunnen betalen en de camper kunnen pakken wanneer we willen. Ons huis voelt echt als een thuis, we kunnen zonder oversteken naar de winkel, dus wat mij betreft kunnen we hier oud worden.’

De laatste tien jaar heb ik de kunst ontwikkeld om stil te staan bij wat er is. Het hoeft niet altijd groter of meer.

We drinken rustig ons biertje en praten nog wat verder over het gevoel van vrijheid als hij plotseling vraagt: ‘wat ga je eigenlijk uit dit interview meenemen?’ Nog voordat ik kan antwoorden op die vraag komt er iets anders belangrijks bij hem op.

‘Oh ja, wat ik me gisteren had bedacht om nog te zeggen. Het zou niet uit moeten maken of mijn gezin, mijn vrienden of mijn collega’s het interview lezen. Ik wil graag dat het iedereen mij in het stuk herkent.’

Is dat iets waar je mee bezig bent geweest vooraf?

‘Nou, ik heb er geen controle over en het is niet dat ik me er zorgen over maak, maar ik vind het wel erg belangrijk. Dat is ook waarom ik nog steeds voor LCG werk. Ik mag daar als mezelf komen. Dezelfde zijn als wie ik bij mijn vrienden of met mijn gezin ben. Tijdens het opnemen van de podcast hoorde ik Paul (eigenaar LCG, red.) aan mijn zoon vragen: hoe is papa nou thuis? Ik merkte dat het me niet uitmaakte wat hij zou antwoorden, omdat ik thuis precies dezelfde persoon ben als wanneer ik met collega’s ben. We hebben het bij LCG weleens over de term ‘wholeness’, heelheid. Je mag als jezelf komen en je gewaardeerd voelen. Het is niet nodig om een uniform of masker aan te trekken voordat je gaat werken.’

Buiten begint het al langzaam donker te worden. Arjen begeeft zich richting huis, maar niet voordat hij mij heeft gevraagd of ik nog weet waar mijn fiets staat en hoe ik daar moet komen. Ik moet toegeven dat het een redelijk zwaar biertje was, maar het lukt me nog wel om de weg terug te vinden. Het typeert wel wie hij is: een betrouwbaar, zorgzaam en goedhartig mens. Iemand met een verwonderende blik en een haast fotografisch geheugen. Dankbaar voor wat er is en nieuwsgierig naar wat komen gaat, maar dan wel het liefst met alvast zoveel mogelijk informatie.


Over de auteurs

Inge Brouwer. Ontdekkingsreiziger die helpt de horizon te verbreden. Werkte als content marketeer bij LCG.

Ik ben nieuwsgierig aangelegd en altijd bereid om grondig ergens in te duiken, tot ik de inhoud begrijp. Dat schept vertrouwen. Ik gebruik de kracht van visualisaties en ben daarmee in staat om complexe zaken simpel uit te leggen.

profiel Arjen Hoekzema